Doel spel:
Samenspelen, elkaar helpen.
Speluitleg:
Materialen:
4 banken.
5 luchtringen.
Houten stokken.
In iedere hoek wordt er een bank om zijn kant gezet, met het houten vlak de zaal in. (zie tekening)
Vertel dat deze les samenwerken centraal staat. Daarom is het heel belangrijk dat er bij het maken van tweetallen een goede sporter bij een mindere zit.
Na het maken van de tweetallen zet je er achter elke bank 4 2-tallen. Van ieder hoek mag het eerste 2-tal in het veld gaan staan. Ze krijgen alle 8 een houten stok en per 2-tal één luchtring.
Het is de bedoeling dat ze d.m.v. schuiven de ringen tegen de bank van de tegenstander aan knallen. Ze mogen alleen bij de twee teams proberen te scoren die op de andere helft van het veld zitten.
Wordt er tegen hun eigen bank aan gescoord dan moeten ze wisselen met het 2e tweetal en zelf weer achter de bank gaan staan.
Hoe meer ringen hoe leuker het spel.

Zaalopstelling:

ringhockey

Regels:
Stok laag, ring laag. (zet banken op de middenlijn waar de ringen onderdoor moeten)
Bij score tegen je eigen bank, wisselen met een ander 2-tal
Niet over de middenlijn.
Alleen scoren bij de teams op de andere helft van het veld.
Elkaar helpen, aanwijzingen geven en coachen.

Variaties/aanpassingen:
– Kan ook met voetballen, basketbal, handbal.
– Jongens / meisjes mixen.
– Iedere bank en 2-tal krijgt een kleur. Bijvoorbeeld blauw, groen, rood en geel. Staat er een 2-tal met een geel lintje om in het veld dan mogen zij alleen bij de gele bank scoren.
– 2-tallen kunnen het zichzelf moeilijker en makkelijker maken door een rood lintje te dragen. Dit wil zeggen dat alle 3 de hoeken bij hen mogen scoren dus ook de buren.